donderdag 28 april 2011

mannetje

Ik zie hem vrijwel dagelijks staan aan de Delhaize, een schriel mannetje, plastic zak met wat kleine boodschappen in de hand, uitdrukkingsloos voor zich uitkijkend (starend?), wat sjofel gekleed, te warm voor de zomer, te koud voor de winter, een kale kop omcirkeld met lange slierten lang, vrij vettig haar.
Hij staat er. Te wachten? Dan toch op niets blijkbaar, een bus neemt hij niet.
Ik heb hem al in beweging gezien, langs de drukke weg die er ligt; het is geen wandelen, het is geen strompelen, het is iets ertussenin, een tred die bijna gestuurd lijkt.
Nooit kijkt hij naar iets, niet aan de Delhaize, niet onderweg; hij kijkt niet vooruit, hij kijkt niet naar de grond.
Ik zie hem nooit ergens buitenkomen, ik zie hem nooit ergens binnengaan, het lijkt of hij er altijd gewoon is, staand of zich voortbewegend. (Er is iets mis met zijn linkerhand.)

Ik zie sloten alcohol, maar er is daarvoor geen enkele aanleiding; er zitten geen blikken of flessen in zijn plastic zak, hij staat niet onzeker op de beentjes, hij waggelt niet. Hij is er, eenvoudig.
Ik voel altijd een scheut medelijden. Waarom eigenlijk? Omdat hij schriel is? Omdat hij niet naar mij kijkt? Omdat hij niet doet wat ik veronderstel dat een mens moet doen (en wat is dat dan)?

Hij zegt me iets, maar ik weet niet wat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten